Sint komt met de boot.
piet komt ook met de boot.

het boek van sint is zoek.

waar is het boek?

niet in de kast.

piet zoekt op de boot.

piet zoekt een uur.

maar geen boek te zien.

sint weet het nog niet.

sint is dan vast niet meer blij.

Sint is er weer.

En Piet ook.

Piet is op het dak.

Piet heeft een zak.

De zak is vol.

Wat zit erin?

Ik ben blij dat Sint en Piet er weer zijn.

Ik zet mijn schoen.

En ik hoop.... er komt wat in.

Ik zing ook een lied.

Piet hoort mijn lied.

En stopt wat in mijn schoen.

Sint en de pieten zijn in het land.

de boot zit vol met pakjes.
Sint en de pieten zijn in een mooi kasteel.

het kasteel heeft een naam: slot Loevestein.
het kasteel is groot. er zijn veel kamers.

Sint heeft een groot bed.

in de kast hangt zijn mantel.

de mijter ligt er ook. zijn staf staat tegen de kast.

het boek ligt op de kruk.

Sint is moe van de reis.

de pieten zijn druk.

de schoen van elk kind staat klaar.

er moet wat in.

ga maar snel kijken.......  

Hoera Sint en Pieten zijn weer in het land. We gaan heel veel over hem werken!

In een hoekje vann de kelder

naast een pepernotenberg

zat een heeel klein Pietje

en hij snoepte maar..o wat erg!

Ja wel honderd pepernoten

stopte hij vlug in zijn mond

en zijn buik werd steeds maar dikker

Pietje toch, da's ongezond!

Strakjes kan je niet meer klimmen

nou, t'is je eigen schuld

omdat je in plaats van zakken

steeds jouw eigen buikje vult!

Beter kun je broodjes eten.

Nou, je moet het zelf maar weten!

De kleinste Piet van Sinterklaas

is al een hele Pieterbaas.

Hij heeft schoenen van blauw leer

op zijn muts een mooie veer.

'n gele broek, 'n rode trui

Hij is altijd in een goede bui

en volgend jaar is hij groot 

en mag hij ook mee op de boot!